3. The Court of Auditors and auditors responsible for auditing the budgets of the Union institutions, bodies, offices and agencies established pursuant to the Treaties, and the budgets managed and audited by the institutions, shall disclose to OLAF and to other competent authorities any fact of which they become aware when carrying out their duties, which could be qualified as a criminal offence referred to in Article 3, 4 or 5.
3. De Rekenkamer en de controleurs die belast zijn met het controleren van de begrotingen van de krachtens de Verdragen opgerichte instellingen, organen en instanties van de Unie, alsmede van de door de instellingen beheerde en gecontroleerde begrotingen, melden aan OLAF en aan andere bevoegde autoriteiten alle feiten waarvan zij tijdens hun taakuitoefening kennis krijgen en die zouden kunnen worden aangemerkt als in artikel 3, 4 of 5 bedoelde strafbare feiten.