5. Recognises the potential role of the intellectual
property and patent system in promoting innovation, transfer and dissemination of technology to the mutual advantage of stakeholders, providers, holders and users of genetic resources, their derivatives, and of associated traditional knowledge in a manner conducive to welfare and development, while emphasising the necessity of preventing the adverse effects of the IPR and patent system on indigenous peoples’ and local communities’ application of traditional knowledge, their laws, practices and knowledge system and their ability to use, develop,
...[+++] create and protect their knowledge in relation to genetic resources; reiterates that, against the background of its recent resolution on the patenting of essentially biological processes, especially in the area of breeding, excessively broad patent protection can hamper innovation and progress and become detrimental to small and medium breeders by blocking access to animal and plant genetic resources; points out that, under certain circumstances, contracts between the parties may be identified by indigenous peoples or local communities as a more feasible solution to share benefits and to protect their interests while preserving the environment and preventing social and economic harm, e.g. by means of safeguard clauses; 5. erkent de mogelijke rol van de intellectuele eigendom en het octrooistelsel bij de bevordering van innovatie, overdracht en de verspreiding van technologie tot wederzijds voordeel van belanghebbenden, leveranciers, houders en gebruikers van genetische hulpmiddelen, hun daarvan afgeleide producten, en hieraan verbonden verwante traditionele kennis op een manier die bevorderlijk is voor het welzijn en de ontwikkeling; benadrukt teg
elijkertijd dat het systeem van intellectuele eigendomsrechten en het octrooistelsel geen nadelige effecten mogen hebben op de toepassing van traditionele kennis van inheemse volken en lokale gemeenschappen,
...[+++]hun wetten, gebruiken en kennissystemen of op hun vermogen om hun kennis met betrekking tot genetische hulpbronnen te gebruiken, te ontwikkelen, te creëren en te beschermen; wijst er nogmaals op dat, tegen de achtergrond van zijn recente resolutie over de octrooiering van essentiële biologische processen, een te veelomvattende bescherming, met name op het vlak van de kweekprocessen, innovatie en vooruitgang kan belemmeren en nadelig kan zijn voor kleine en middelgrote telers doordat het de toegang tot dierlijke en plantaardige genetische hulpbronnen kan afsnijden; wijst erop dat overeenkomsten tussen de partijen door inheemse volken en plaatselijke gemeenschappen in bepaalde omstandigheden kunnen worden beschouwd als een betere oplossing om baten te delen en hun belangen te beschermen, en tegelijkertijd het milieu in stand te houden en sociale en economische schade te voorkomen, bv. door vrijwaringsclausules; 
