39) «type de véhicule en ce qui concerne les vitrages, essuie-glace et lave-glace ainsi que les dispositifs de dégivrage et de désembuage»: des véhicules ne présentant pas entre eux de différences essentielles, notamment en ce qui concerne la forme, les dimensions, l’épaisseur et les caractéristiques du pare-brise et de son montage, les caractéristiques du dispositif d’essuie-glace et de lave-glace et les caractéristiques des dispositifs de dégivrage et de désembuage;
39. „type voertuig voor wat betreft ruiten, ruitenwissers, ruitensproeiers en ontdooiings- en ontwasemingssystemen”: voertuigen welke onderling geen essentiële verschillen vertonen ten aanzien van de vorm, omvang, dikte en kenmerken van voorruit en de bevestiging daarvan, de kenmerken van de ruitenwissers en ruitensproeiers en de kenmerken van de ontdooiings- en ontwasemingssystemen;
