32. riconosce che le sov
venzioni a tutte le fonti di energia, compresi i combustibili fossili e l'energia nucleare, possono avere importanti ripercussioni sui prezzi dell'energia; osserva che alcune fonti rinnovabili di energia, quali l'energia eolica terrestre e l'energia fotovoltaica, possono quasi competere in termini di costi con le fonti convenzionali di energia e ritiene che i regimi di sostegno associati dovrebbero pertanto essere adattati e le sovve
nzioni gradualmente eliminate, in modo tale
che i finanziamenti possano ...[+++] essere stanziati a favore di programmi di ricerca e sviluppo sulle tecnologie energetiche, come ad esempio le fonti energetiche di prossima generazione e le tecnologie di stoccaggio; sottolinea tuttavia che tali cambiamenti dovrebbero essere annunciati in debito anticipo onde evitare ogni effetto nocivo sul settore e presuppongono una riforma dell'assetto del mercato dell'energia, lo snellimento delle procedure amministrative e di connessione alla rete e una maggiore trasparenza nei mercati energetici; deplora le modifiche retroattive introdotte da alcuni Stati membri nei regimi di sostegno che hanno pregiudicato la fiducia degli investitori e i livelli di investimento nelle fonti rinnovabili di energia; chiede alla Commissione di effettuare studi sulle modalità per modificare l'assetto dei mercati esclusivamente energetici, in modo da garantire gli utili sul capitale investito nelle fonti rinnovabili variabili, che hanno l'effetto di ridurre i prezzi all'ingrosso ma incidono contemporaneamente sugli utili degli investimenti; sottolinea che una politica chiara in materia di fonti rinnovabili di energia, affiancata da programmi di RS, è necessaria per innescare una riduzione dei costi di tutte le tecnologie rinnovabili e promuovere l'innovazione nonché lo sviluppo e l'applicazione delle tecnologie nuove e meno mature; chiede alla Commissione di analizzare l'impatto complessivo del dispacciamento prioritario, anche sui costi generali dell' ...32. erkent dat subsidies voor alle energiebronnen, met inbegrip van fossiele brandstoffen en kernenergie, aanzienlijke gevolgen kunnen hebben voor de energieprijzen; wijst erop dat enkele hernieuwbare energiebronnen, zoals landwindenergie en zonnepanelen, op het gebied van kosten bijna kunnen concurreren met conventionele energiebronnen, en is van mening dat de desbetreffende steunregelingen daarom moeten worden aangepast en dat de subsidies geleidelijk moeten worden afgeschaft, zodat de financiering kan gaan naar programma's voor onderzoek en ontwikkeling betreffende energietechnologieën zoals hernieuwbare energiebronnen en opslagtechnologieën van de volgende generatie; benadrukt evenwel dat dit voldoende op voorhand dient te worden aang
...[+++]ekondigd om nadelige gevolgen voor de sector te vermijden, en dat hiervoor een hervormd ontwerp van de energiemarkt, gestroomlijnde administratieve en netaansluitingsprocedures en meer transparantie op de energiemarkten vereist zijn; betreurt de wijzigingen met terugwerkende kracht die sommige lidstaten aan hun steunregelingen hebben aangebracht, wat het vertrouwen van de investeerders en het niveau van investeringen in hernieuwbare energiebronnen heeft geschaad; verzoekt de Commissie te onderzoeken hoe louter voor energie bestemde markten zo kunnen worden omgevormd dat het rendement op investeringen in variabele hernieuwbare energiebronnen, die het effect hebben dat zij de groothandelsprijzen drukken en ook het rendement op investering beïnvloeden, wordt gewaarborgd; benadrukt dat een duidelijk beleid inzake hernieuwbare energiebronnen, in combinatie met OO-programma's, noodzakelijk is om de kosten van alle hernieuwbare-energietechnologieën te drukken en innovatie en de ontwikkeling en toepassing van nieuwere, minder volwassen technologieën te stimuleren; verzoekt de Commissie onderzoek te doen naar het algemene effect van prioritaire distributie van hernieuwbare energie, mede voor de algemene energiekosten;