13. invita gli Stati membri a adottare tutte le misure necessarie al fine di fornire un sostegno psicologico a tutte le donne detenute, in particolare a quelle che hanno subito violenze o maltrattamenti nonché alle madri che allevano da sole i propri figli e alle minorenni delinquenti, con l'obiettivo di accordare loro una migliore protezione e di migliorare le loro relazioni familiari e sociali e, pertanto, le loro possibilità di reinserimento; raccomanda di formare e sensibilizzare il personale penitenziario alla particolare vulnerabilità di queste detenute;
13. verzoekt de lidstaten om alle noodzakelijke maatregelen te treffen om psychologische bijstand te verschaffen aan alle vrouwelijke gevangenen, in het bijzonder aan de vrouwen die het slachtoffer zijn geweest van seksueel geweld en/of mishandeling, alsmede aan alleenstaande moeders en minderjarige vrouwelijke delinquenten, met het doel om deze vrouwen een betere bescherming te bieden en hun gezinsbanden en sociale relaties te verbeteren, alsmede hun mogelijkheden van re-integratie; beveelt aan om het gevangenispersoneel op te leiden en bewust te maken van de bijzondere kwetsbaarheid van deze gedetineerden;