51. Al PND 56 (± 3 giorni), 10 maschi e 10 femmine della coorte 3 per ogni gruppo di trattamento (1 maschio e 1 femmina per nidiata; tutte le nidiate rappresentate da almeno 1 piccolo; selezione casuale) saranno sottoposti a una prova di risposta anticorpale T-dipendente, per cercare anticorpi IgM prodotti nel corso della risposta primaria a un antigene dipendente dai linfociti T, per esempio gli eritrociti di pecora (Sheep Red Blood Cells, SRBC) o l'emocianina di patella (Keyhole Limpet Hemocyanin, KLH); queste prove devono essere conformi agli attuali protocolli sperimentali dell'immunotossicità (14) (15).
51. Op PND 56 (± drie dagen) moeten van elke behandelgroep 10 mannelijke en 10 vrouwelijke dieren in cohort 3 (1 mannetje of 1 vrouwtje per nest; alle nesten zijn met ten minste 1 jong vertegenwoordigd; willekeurig geselecteerd) worden gebruikt in een test van de T-cel-afhankelijke antilichaamrespons, d.w.z. de primaire respons van IgM-antilichaam op een T-celafhankelijk antigeen, zoals Sheep Red Blood Cells (SRBC) of Keyhole Limpet Hemocyanin (KLH), conform de huidige procedures voor immunotoxiciteittesten (14) (15).