9) RICORDANDO che, nella decisione del 17 dicembre 1981 (causa 279/80, WEBB), la Corte di Giustizia europea ha dichiarato che l'articolo 59 del Trattato CEE non osta a che uno Stato membro che preveda per le agenzie di fornitura di manodopera l'obbligo di munirsi di lic
enza, sottoponga un prestatore di servizi stabilito in un altro Stato membro e che eserciti la propria attività nel suo territorio al medesimo obbligo, anche se questi è titolare di una licenza rilasciata dallo Stato di stabilimento, a condizione, tuttavia, che in primo luogo
lo Stato in cui il servizio viene for ...[+++]nito, nel momento in cui prende in esame le richieste di licenza e procede alle relative concessioni, non faccia distinzioni in base alla nazionalità del prestatore di servizi o al luogo in cui egli è stabilito, e che in secondo luogo prenda in considerazione la prova e le garanzie già presentate dal prestatore di servizi per l'esercizio delle proprie attività nello Stato membro nel quale egli è stabilito; 9) ERAAN HERINNEREND dat het Europees Hof van Justitie in een arrest van 17 december 1981 (Zaak 279/80, WEBB) heeft verklaard dat artikel 59 van het EEG-Verdrag niet verbiedt dat een lidstaat die een vergunning eist van ondernemingen die arbeidskrachten ter beschikking stellen, een in een andere
lidstaat gevestigde dienstverrichter die werkzaamheden op zijn grondgebied uitoefent, verplicht aan deze voorwaarde te voldoen, ook indien deze over een door de staat van vestiging afgegeven vergunning beschikt, met dien verstande evenwel dat de lidstaat waar de dienst wordt verricht, bij het onderzoek van de aanvrage en bij de afgifte van de ver
...[+++]gunning geen enkel onderscheid maakt op grond van de nationaliteit of de plaats van vestiging van de dienstverrichter, en bovendien rekening houdt met de bewijsstukken en waarborgen die de dienstverrichter voor de uitoefening van zijn werkzaamheden in de lidstaat van vestiging reeds heeft verschaft;