In caso di decesso o dimissioni di un membro o di un supplente ovvero qualora non sussistano più le condizioni necessarie per l'esercizio del mandato, il Consiglio provvede, seconde la procedura prevista dall'articolo 4, a sostituire tale membro o supplente per la rimanente durata del mandato.
Bij overlijden of ontslag van een lid of van een plaatsvervanger of indien niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden welke voor het uitoefenen van zijn mandaat zijn vereist , wordt de betrokkene door de Raad vervangen voor de verdere duur van zijn mandaat , overeenkomstig de in artikel 4 bedoelde procedure .