Il valore minimo della protezione della punta fissa del cuore d’incrocio, misurato 14 mm al di sotto della superficie di rotolamento, e sulla linea teorica di riferimento, a distanza idonea dalla punta effettiva (RP) del deviatoio come indicato nel diagramma seguente: 1 392 mm in condizioni di esercizio
Minimumwaarde voor de bescherming van vaste puntstukvoorkanten van gewone kruisingen gemeten op 14 mm onder het loopvlak op de theoretische referentielijn en op een geëigende afstand achter het referentiepunt (RP) als te zien in de onderstaande tekening: 1 392 mm in bedrijf