26. ricorda che le calamità naturali sono spesso riconducibili all'acqua, non soltanto per alluvioni – spesso legate a un'insufficiente pianificazione – gelo, grandine e contaminazione dei bacini idrografici, ma anche per la sua scarsità, che può provocare cambiamenti significativi, come la desertificazione di vaste zone dell'Europa meridionale e sudorientale;
26. wijst erop dat water vaak een rol speelt bij natuurrampen, niet alleen bij overstromingen − die vaak het gevolg zijn van tekortschietende planning, vorst, hagel en verontreiniging van rivierbekkens, maar ook door de schaarste ervan, die grote veranderingen kan teweegbrengen, zoals de verwoestijning van grote delen van Zuid- en Zuidoost-Europa;