1. Nei loro territori gli Stati membri possono applicare misure più severe rispetto a quelle adottate a norma dell'articolo 28, paragrafi 1, 2 e 3 e dell'articolo 30, paragrafi 1, 3 e 4, se giustificate dell'obiettivo di protezione fitosanitaria e nel rispetto dei principi di cui all'allegato II, sezione 2.
1. De lidstaten kunnen op hun grondgebied strengere maatregelen toepassen dan de op grond van artikel 28, leden 1, 2 en 3, en artikel 30, leden 1, 3 en 4, vastgestelde maatregelen, voor zover die maatregelen worden gerechtvaardigd door de doelstelling van fytosanitaire bescherming en in overeenstemming zijn met bijlage II, deel 2.