3. rafforzare l'offerta sul mercato del lavoro riformando il sistema fiscale e previdenziale per eliminare i disincentivi al lavoro, e rafforzare la mobilità occupazionale e regionale riducendo l'inadeguatezza delle competenze, garantendo al tempo stesso l'efficienza di misure di riqualificazione e altre politiche attive del mercato del lavoro, deregolamentando il mercato degli alloggi e migliorando le infrastrutture dei trasporti (IG 4, 7, 8 e 13).
3. het arbeidsaanbod te vergroten door de fiscale en uitkeringsstelsels te hervormen en daarbij de negatieve arbeidsprikkels weg te nemen; de regionale en arbeidsmobiliteit te bevorderen door de mismatch tussen gevraagde en aangeboden vaardigheden te verkleinen; de doeltreffendheid van bij- en omscholingsmaatregelen en andere actieve arbeidsmarktmaatregelen te waarborgen; de huizenmarkt te dereguleren en de vervoersinfrastructuur te verbeteren (AR 4, 7, 8 en 13).