(10) considerando che occorre permettere agli avvocati contemplati dalla presente direttiva di dare consulenze, in particolare nel diritto dello Stato membro di origine, nel diritto comunitario, nel diritto internazionale e nel diritto dello Stato membro ospitante; che questa possibilità era già contemplata per
quanto attiene alla prestazione di servizi dalla direttiva 77/249/CEE del Consiglio, del 22 marzo 1977, intesa a facilitare l'esercizio effettivo della libera prestazione dei servizi da parte degli avvocati (5); che, tuttavia, occorre prevedere, come nella direttiva 77/249/CEE, la facoltà di escludere dalle attività degli avvoca
...[+++]ti che esercitano con il loro titolo professionale di origine nel Regno Unito ed in Irlanda determinati atti in materia immobiliare e successoria; che la presente direttiva lascia impregiudicate le disposizioni che, in ogni Stato membro, riservano alcune attività a professioni diverse da quella di avvocato; che occorre altresì prevedere, come nella direttiva 77/249/CEE, la facoltà per lo Stato membro ospitante di esigere che l'avvocato che esercita con il suo titolo professionale di origine agisca di concerto con un avvocato ivi stabilito per rappresentare e difendere un cliente in giudizio; che l'obbligo di agire di concerto si applica secondo l'interpretazione che di tale nozione ha dato la Corte di giustizia delle Comunità europee, in particolare nella sentenza pronunciata il 25 febbraio 1988 nella causa 427/85, Commissione/Germania (6); (10) Overwegende dat het de advocaten in de zin van deze richtlijn moet worden toegestaan juridische adviezen te geven, met name over het recht van de lidstaat van herkomst, over het communautaire en het internationale recht en over het recht van de lidstaat van ontvangst; dat dit wat het verrichten van diensten betreft reeds was toegestaan bij Richtlijn 77/249/EEG van de Raad van 22 maart 1977 tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening door advocaten van het vrij verrichten van diensten (5); dat echter evenals in Richtlijn 77/249/EEG, in de mogelijkheid dient te worden voorzien de werkzaamheden van advocaten die in het Verenigd Koninkrijk en in Ierland hun beroep onder hun oorspronkelijke beroepstitel uitoefenen met betrekki
...[+++]ng tot bepaalde akten op het gebied van onroerend goed en de erfopvolging uit te sluiten; dat deze richtlijn in geen enkel opzicht afbreuk doet aan bepalingen in lidstaten waarbij bepaalde werkzaamheden aan andere beroepen dan het beroep van advocaat worden voorbehouden; dat tevens van Richtlijn 77/249/EEG de mogelijkheid voor de lidstaat van ontvangst moet worden overgenomen te eisen dat de advocaat die onder zijn oorspronkelijke beroepstitel werkzaam is, bij de vertegenwoordiging en de verdediging van een cliënt in rechte met een plaatselijke advocaat samenwerkt; dat de verplichting tot samenwerking van toepassing is overeenkomstig de daaraan door het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen gegeven uitlegging, in het bijzonder in zijn arrest van 25 februari 1988 in zaak 427/85 (Commissie/Duitsland) (6);