11. chiede, con riferimento all'Italia, alla Grecia e a Malta, la sospensione dei trasferimenti di cui alla normativa Dublino II qualora non sia possibile salvaguardare i diri
tti dei richiedenti asilo; ritiene che il regolamento Dublino II, che disciplina l'attribuzione delle competenze per le richieste di asilo, imponga un onere sproporzionato sugli Stati membri che costituiscono i punti d'ingresso nell'UE, e non preveda una ripartizione equa delle competenze in materia di asilo tra gli Stati membri; constata che il sistema Dublino II, quale finora applicato e in un contesto caratterizzato da sistemi di asilo diversi e da una carente
...[+++]attuazione dell'acquis in materia di asilo, abbia portato a un trattamento iniquo dei richiedenti asilo, oltre ad avere un impatto negativo sul ricongiungimento e l'integrazione delle famiglie; sottolinea, inoltre, le sue carenze in termini di efficienza e di efficacia in rapporto ai costi, dato che oltre la metà dei trasferimenti concordati non viene effettuata e che vi è ancora un numero significativo di domande multiple; invita la Commissione e gli Stati membri a provvedere a che i richiedenti asilo rimpatriati in uno Stato membro, in applicazione del regolamento Dublino II, non vengano discriminati per la sola ragione di essere oggetto di trasferimento secondo la normativa Dublino II; 11. dringt erop aan overdrachten in het kader van Dublin II op te schorten wanneer de rechten van asielzoekers niet kunnen worden gewaarborgd, zoals in het geval van Italië, Gri
ekenland en Malta; is van oordeel dat de Dublin II-verordening, die de toewijzing van verantwoordelijkheid voor asielaanvragen regelt, een onevenredige last legt op die lidstaten die een punt van binnenkomst in de EU zijn en niet voorziet in een eerlijke verdeling van de asielverantwoordelijkheid tussen de lidstaten; stelt vast dat het Dublin II-systeem zoals het tot dusverre is toegepast, in een context die werd gekenmerkt door zeer uiteenlopende asielstelsels
...[+++]en ontoereikende niveaus van tenuitvoerlegging van het asielacquis, tot ongelijke behandeling van asielzoekers heeft geleid, en daarnaast ook negatieve gevolgen voor gezinshereniging en integratie heeft gehad; onderstreept voorts de tekortkomingen ervan voor wat betreft de doeltreffendheid en kostenefficiëntie ervan, aangezien meer dan de helft van de overeengekomen overdrachten nooit plaatsvindt en er nog steeds sprake is van een groot aantal meerdere asielaanvragen; verzoekt de Commissie en de lidstaten ervoor te zorgen dat asielzoekers die op grond van de Dublin II-verordening naar een lidstaat worden teruggestuurd niet worden gediscrimineerd op grond van het feit dat ze Dublin II-repatrianten zijn;