Una parte delle organizzazioni che interessano la commissione per gli affari costituzionali a norma delle azioni 1 e 3 A della decisione n. 791/2004 CE del Parlamento europeo e del Consiglio del 21 aprile 2004 (GU L 138 del 30 aprile 2004) che definisce un programma d’azione comunitario per la promozione degli organismi attivi a livello europeo e il sostegno di attività specifiche nel settore dell’istruzione e della formazione, ossia il Collegio d’Europa (4,348
milioni di euro), l’Istituto universitario europeo di Firenze (4,776 milioni di euro), l’Accademia del diritto europeo di Treviri (1,581 milioni di euro), l’Istituto europeo per l
...[+++]’amministrazione pubblica di Maastricht (0,839 milioni di euro) (tutti questi organismi dipendono dall’allegato, Azione 1) e le cattedre Jean Monnet (allegato, Azione 3A).Een deel van de organisaties die voor de Commissie constitutionele zaken van belang zijn, vallen onder deel 1 en 3A van Besluit nr. 791/2004/EG van het Parlement en de Raad van 21 april 2004 (PB L 138 van 30.4.2004) ter
bevordering van op Europees niveau actieve organisaties en ter ondersteuning van gerichte activiteiten op het gebied van onderwijs en opleiding, te weten het Europa-College (4,348 mln), het Eu
ropees Universitair Instituut te Florence (4,776 mln), de Academie voor Europees Recht te Trier (1,581 mln), het Europees Instit
...[+++]uut voor bestuurskunde in Maastricht (0,839 mln) (alle genoemd in bijlage, Actie 1) en de Jean Monnet-leerstoelen (bijlage, Actie 3A).