La Commissione ha dunque considerato una serie di opzioni, dal mantenimento delle disposizioni esistenti [7] alla proposta dei valutatori (rappresentanti dei governi nazionali), da sistemi misti (esperti indipendenti e rappresentanti governativi) a un modello che prevede il ricorso alle competenze dei direttori degli organismi specializzati degli Stati membri incaricati di svolgere in modo indipendente azioni dirette a promuovere l'uguaglianza razziale e a lottare contro la discriminazione razziale.
De Commissie heeft daarom een aantal opties bestudeerd, gaande van handhaving van de bestaande regelingen [7], via het voorstel van de beoordelaars gebaseerd op vertegenwoordigers van de nationale regeringen, tot gemengde systemen met onafhankelijke deskundigen en regeringsvertegenwoordigers en, ten slotte, een model gebaseerd op de ervaring van de hoofden van de gespecialiseerde organen in de lidstaten die zijn belast met de onafhankelijke bevordering van rassengelijkheid en de bestrijding van rassendiscriminatie.