38. ricorda che il riconoscimento e l
a realizzazione del diritto all'alloggio producono effetti sulla realizzazione degli altri diritti fondamentali, compresi i diritti politici e sociali; ricorda che spetta allo Stato membro o all'autorità pubblica responsabile il compito di rendere efficace questo diritto
all'alloggio, migliorando tramite le proprie politiche e programmi l'accesso universale
all'alloggio, in particolare per le persone svantaggiate, attraverso un'offerta sufficiente di alloggi adeguati, dignitosi
...[+++], salubri ed economicamente accessibili;
38. herinnert eraan dat de erkenning en verwezenlijking van het recht op huisvesting voorwaarden zijn voor de verwezenlijking van de overige grondrechten, met inbegrip van de politieke en sociale rechten; herinnert eraan dat de lidstaat of bevoegde overheid ervoor verantwoordelijk is een effectieve inhoud te geven aan dit recht op huisvesting door via het beleid en de programma's de universele toegang tot huisvesting, in het bijzonder voor kansarmen, te verbeteren aan de hand van een toereikend aanbod van adequate, fatsoenlijke, gezonde en betaalbare woningen;